Bestuursconflict in kort geding: rechter laat ingrijpen over aan Ondernemingskamer

In afwachting van een procedure bij de Ondernemingskamer vragen twee ruziënde aandeelhouder-bestuurders in kort geding om ingrijpen van de voorzieningenrechter. Die stelt zich echter terughoudend op en laat een inhoudelijk oordeel over aan de Ondernemingskamer.

Het geschil speelt tussen twee persoonlijke holdings (van twee inmiddels ex-schoonzussen) die ieder 50% van de aandelen houden in een jonge organisatie die jeugdzorg verleent in opdracht van gemeenten. Beide holdings zijn sinds de oprichting ook bestuurder. De statuten schrijven voor dat zij uitsluitend gezamenlijk bevoegd zijn om besluiten te nemen en de vennootschap te vertegenwoordigen.

Ondernemingskamer

Op enig moment verslechtert de onderlinge verhouding ernstig. Of dat nou komt door de scheiding met de broer van een van de bestuurders of door andere zaken, daar zijn de ex-schoonzussen het niet over eens. Feit is dat één van de bestuurders zich vanwege de verslechterde verhouding wendt tot de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam met een verzoek tot gedwongen overdracht van aandelen. In dat kader vraagt zij ook om voorlopige voorzieningen, waaronder de schorsing van de andere bestuurder.

Kort geding

De behandeling bij de Ondernemingskamer laat echter enkele maanden op zich wachten. Dat vormt voor de bestuurder aanleiding om ook in kort geding bij de rechtbank Limburg te verzoeken om schorsing van de medebestuurder, vooruitlopend op de beslissing van de Ondernemingskamer. De wederpartij vordert daartegenover onder meer dat een aan de andere zijde gelieerde derde zich volledig buiten de organisatie moet houden en vordert daarnaast dat zij haar bestuurstaken ongestoord kan blijven uitoefenen.

Specialist

De voorzieningenrechter benadrukt dat ingrijpende maatregelen in interne vennootschappelijke verhoudingen – zoals de schorsing van een bestuurder – in beginsel zijn voorbehouden aan de Ondernemingskamer. Dat geldt temeer wanneer die maatregel feitelijk vooruitloopt op een procedure die daar al aanhangig is. Alleen in uitzonderlijke en evident spoedeisende gevallen is er ruimte voor ingrijpen door de voorzieningenrechter, en zelfs dan is terughoudendheid geboden.

Afwijzing

Hoewel de rechter het spoedeisend belang in deze zaak erkent, wijst hij het verzoek tot schorsing af. Vaststaat dat de verhoudingen ernstig zijn verstoord, maar op basis van de overgelegde stukken en de wederzijdse beschuldigingen kan niet worden vastgesteld wat daarvan de doorslaggevende oorzaak is. Daarmee ontbreekt een voldoende stevige grond om nu al tot schorsing over te gaan. Dat dezelfde voorlopige voorziening binnenkort bij de Ondernemingskamer aan de orde komt, weegt daarbij zwaar.

Tegenvordering

Ook de tegenvordering om een derde buiten de organisatie te houden wijst de rechter af, omdat de feiten daarvoor in kort geding te zeer worden betwist. Wel vindt de rechter dat beide bestuurders elkaar in staat moeten stellen hun bestuurstaak uit te oefenen. Dat is dus ook wat de rechter uiteindelijk wél bepaalt.

ECLI:NL:RBLIM:2025:11713

Contact opnemen

Kort geding
Een kort geding procedure is een spoedprocedure die is bedoeld om een snelle beslissing van de rechter te krijgen. In een kort geding wordt een voorlopige voorziening gegeven (een beslissing met een tijdelijk karakter), partijen kunnen later alsnog een bodemprocedure starten om een definitief oordeel te krijgen.
Meer info »
Statuten
Statuten zijn de grondregels voor een rechtspersoon, en worden bij oprichting van de rechtspersoon vastgelegd in de notariƫle akte van oprichting. In de statuten staan bijvoorbeeld de naam, vestigingsplaats, doel en belangrijkste regels van de rechtspersoon. Statuten kunnen worden gewijzigd met een notariƫle akte van statutenwijziging. Statuten dienen te worden geregistreerd bij het handelsregister van de Kamer van Koophandel, en zijn dus voor iedereen inzichtelijk.
Meer info »
Gerechtshof
Een gerechtshof is het rechterlijk college waar hoger beroepszaken wordt behandeld.
Meer info »
Overdracht
Overdracht is het overdragen van een recht aan een ander. Eigendom is overdraagbaar, maar ook beperkte rechten en vorderingsrechten. De overdraagbaarheid van vorderingsrechten kan door een beding tussen schuldeiser en schuldenaar echter ook worden uitgesloten. Om een rechtsgeldige overdracht tot stand te laten komen moet zijn voldaan aan drie eisen: het goed moet zijn geleverd, krachtens een geldige titel (bijvoorbeeld koop of schenking), door iemand die daartoe bevoegd is. Hoewel vaak gedacht, is betaling geen voorwaarde voor eigendomsoverdracht, tenzij dat expliciet is afgesproken.
Meer info »
Rechtbank
De rechtbank is het gerecht in eerste aanleg.
Meer info »
Voorzieningenrechter
De voorzieningenrechter is de rechter die oordeelt in kort geding.
Meer info »
Voorlopige voorziening
Een voorlopige voorziening een tijdelijke maatregel die wordt opgelegd in afwachting van een vonnis in een bodemprocedure. Er kan een voorlopige voorziening gevraagd worden in een lopende procedure (dat is dan een incident) of er kan een afzonderlijke procedure voor worden gevoerd: een kort geding. De rechter die rechtspreekt in een kort geding wordt een voorzieningenrechter genoemd.
Meer info »