Een op de zes werknemers is bang in de toekomst niet meer relevant te zijn op de arbeidsmarkt
Sinds de invoering van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) per 1 juli 2015 is in de wet een scholingsplicht voor werkgevers opgenomen. De scholingsplicht is een uitvloeisel van het goed werkgeverschap en houdt in dat een werkgever aan medewerkers scholing moet verschaffen die voor de uitoefening van de functie noodzakelijk is. Daarnaast moet de werkgever ook scholing buiten de eigen functie van de werknemer aanbieden zodat de medewerker ook een andere functie zou kunnen uitoefenen als bijvoorbeeld zijn functie vervalt. Uit onderzoek blijkt dat een op de zes Nederlanders bang is om in de toekomst niet meer relevant te zijn op de arbeidsmarkt. De kans is namelijk groot dat bepaalde functies over twintig jaar niet meer bestaan door vergaande robotisering en automatisering op de werkvloer. Echter, minder dan de helft van de ondervraagden geeft aan dat zijn of haar werkgever aandacht heeft voor het ontwikkelen van vaardigheden om relevant te blijven op de arbeidsmarkt.
Werkgevers lijken zich tot nu toe vooral te focussen op training en ontwikkeling zodat werknemers hun huidige werkzaamheden effectiever kunnen doen. Scholing voor een andere functie komt vooral voor in het geval de functie van een werknemer komt te vervallen. Een werkgever kan een arbeidsovereenkomst namelijk alleen opzeggen wanneer hij daarvoor een redelijke grond heeft en herplaatsing, al dan niet na scholing, niet mogelijk of aan de orde is. Dit betekent dat de werkgever voordat hij een werknemer wil ontslaan eerst moet onderzoeken of de werknemer kan worden herplaatst, eventueel na extra scholing. Daarnaast zal een kantonrechter een ontbindingsverzoek wegens disfunctioneren afwijzen wanneer het disfunctioneren het gevolg is van onvoldoende zorg van de werkgever voor scholing van de werknemer. Naast dat (on)voldoende scholing grote invloed kan hebben op de vraag of een werknemer wel of niet kan worden ontslagen, kan een werknemer die van mening is dat hij onvoldoende scholing krijgt, zijn werkgever daarop aanspreken of zelfs naar de rechter stappen om nakoming te vorderen.
Met zicht op de toekomst is het aan te raden scholing (ook voor een andere functie) al in een vroeg stadium aan te bieden. Op die manier krijgen werknemers de kans zich verder te ontwikkelen, zodat ze ook in de toekomst kans hebben op de arbeidsmarkt. Geef als werkgever bijvoorbeeld aan welke vaardigheden binnen het bedrijf nooit overgenomen zullen worden door robots, en welke training er nodig is om relevant te blijven.