Geen ontbinding arbeidsovereenkomst na verlof in 'code oranje'-gebied
Een werknemer die ruim 28 jaar bij een werkgever in dienst is, houdt zich na een reis naar een in het kader van de coronacrisis vastgesteld 'code oranje'-gebied niet aan de quarantaineregels. De werkgever vindt dat hij hiermee ernstig verwijtbaar heeft gehandeld en vraagt de rechtbank om ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
De werknemer gaat tijdens zijn verlof naar een land waar in het kader van de coronamaatregelen de code 'oranje' geldt. Zijn werkgever wijst hem erop dat alleen noodzakelijke reizen naar dit land zijn toegestaan en dat de werknemer na terugkeer thuis tien dagen in quarantaine moet voordat hij weer naar zijn werk kan.
Tijdens zijn afwezigheid vraagt de werknemer zijn werkgever om een week verlenging van zijn verlof. De werkgever gaat hiermee akkoord, waarbij hij ervan uitgaat dat de werknemer die extra week nodig heeft voor de quarantaine. De werknemer was op dat moment echter nog steeds in het 'oranje' gebied. Twee dagen na zijn terugkeer uit dit gebied verschijnt hij weer op het werk, waarna zijn werkgever hem schorst zonder doorbetaling van loon. Hoewel de werknemer na vijf dagen een negatieve coronatest van de GGD kan laten zien, weigert het bedrijf de tien dagen quarantaine in te korten.
Ernstig verwijtbaar
Volgens de werkgever heeft de werknemer ernstig verwijtbaar gehandeld, omdat het bedrijf, dat zich bezighoudt met vleesverwerking, de coronamaatregelen streng moet handhaven en twee keer per week wordt geïnspecteerd door de GGD. Door de thuisquarantaineperiode niet in acht te nemen heeft de werknemer zijn collega’s blootgesteld aan mogelijke besmetting, en hiermee het risico genomen dat het bedrijf schade zou lijden.
Noodzakelijke reis
Volgens de werknemer was zijn reis noodzakelijk, omdat zijn vader in het ziekenhuis lag. Hij stelt er bovendien niet van op de hoogte te zijn geweest dat hij bij thuiskomst thuis in quarantaine moest. Hij wijst er verder op dat andere collega’s zich evenmin aan de regels hebben gehouden en dat zij na hun terugkeer uit oranje gebieden ook niet in quarantaine zijn gegaan. Volgens hem volstaat een schorsing van 5 dagen, omdat hij na 5 dagen negatief testte bij de GGD. Aangezien het om een noodzakelijke reis ging, moet het salaris doorbetaald worden, vindt hij.
Positie arbeidsmarkt
Volgens de rechtbank Den Haag heeft de werkgever ten onrechte gesteld dat de werknemer tien dagen in quarantaine moest. Daarbij wijst de rechtbank erop dat de maatregel van thuisquarantaine niet meer gold toen de werknemer uit het 'oranje' gebied terugkeerde, als hij op de vijfde dag van zijn thuisquarantaine negatief testte bij de GGD. Het bedrijf heeft dit meningsverschil ten onrechte laten escaleren, aldus de rechtbank.
Daarnaast vindt de rechtbank dat er rekening mee moet worden gehouden dat de werknemer al 28 jaar bij het bedrijf werkt. Ook moet in aanmerking worden genomen dat hij bij ontbinding van de arbeidsovereenkomst een slechte positie op de arbeidsmarkt zal hebben door zijn relatief hoge leeftijd, zijn gezondheidsproblemen en zijn relatief beperkte opleiding en slechte beheersing van de Nederlandse taal. De rechtbank stelt de werkgever daarom in het ongelijk en veroordeelt hem in de kosten van de procedure.
ECLI:NL:RBDHA:2021:11616