Rechtsgeldig concurrentiebeding in tijdelijk contract
Een concurrentiebeding heeft tot gevolg dat een werknemer na het beëindigen van zijn arbeidsovereenkomst binnen een bepaalde periode niet hetzelfde werk mag doen bij een ander bedrijf. In een tijdelijk contract mag een concurrentiebeding alleen worden opgenomen als de werkgever kan aantonen dat er sprake is van zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen.
Een concurrentiebeding moet aan een aantal voorwaarden voldoen. Als hier niet aan wordt voldaan is het beding niet geldig en kan de werkgever zich er niet op beroepen. Het concurrentiebeding moet schriftelijk worden overeengekomen en de werkgever moet aangeven waarom het beding belangrijk is. Een concurrentiebeding is bovendien alleen geldig als de werknemer minimaal 18 jaar is en hij begrijpt waarom hij het beding tekent en wat de gevolgen ervan zijn.
Een concurrentiebeding bij een contract voor bepaalde tijd is in beginsel niet rechtsgeldig. Het concurrentiebeding kan echter wel rechtsgeldig zijn wanneer er een schriftelijke motivering van de werkgever bij het beding is opgenomen. Uit die motivering moet dan blijken waarom het beding noodzakelijk is. Er moet duidelijk worden beschreven wat de zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangenbelangen zijn en waarom er op de hoofdregel een uitzondering wordt gemaakt.
Sleutelpositie
Een voormalige werkgever stapt naar de kantonrechter van de rechtbank Midden-Nederland, omdat hij vindt dat een ex-medewerker het concurrentiebeding overtreedt. De medewerker had een contract voor bepaalde tijd. Hij nam begin januari 2021 ontslag en is bij een vriend gaan werken. Die vriend heeft een bedrijf in dezelfde branche, binnen een straal van 25 kilometer van de voormalige werkgever. De werkgever vindt om die redenen dat de bedrijfsactiviteiten van de ex-medewerker bij zijn nieuwe werkgever onder het concurrentiebeding vallen. Hij vindt dat de medewerker de komende 12 maanden niet bij dit bedrijf mag werken. De werknemer stelt daarentegen dat er geen sprake is van overtreding van het concurrentiebeding, omdat dit beding niet rechtsgeldig is.
De kantonrechter stelt vast dat de medewerker bij zijn vorige werkgever een sleutelpositie bekleedde. Hij had een commerciële functie met klantencontact. Daarnaast had hij bij zijn voormalige werkgever inzicht in de onderhandelingsruimte over de prijzen van de producten. Ook was hij aanwezig bij managementvergaderingen. De voormalige werkgever heeft er een zwaarwegend belang bij dat zijn klantgegevens en financiële gegevens niet bij een directe concurrent belanden. Het concurrentiebeding is volgens de kantonrechter voldoende gemotiveerd en daarom rechtsgeldig.
https://linkeddata.overheid.nl/document/ECLI:NL:RBMNE:2021:5300