Zijn taxichauffeurs van Uber schijnzelfstandigen?
Op 13 september heeft Vakbond FNV een belangrijke rechtszaak tegen Uber gewonnen, hetgeen betekent dat Uber haar chauffeurs in dienst moet nemen. Maar Uber gaat in beroep tegen deze uitspraak.
FNV
In juni stapte FNV naar de rechter omdat zij vindt dat Uber-chauffeurs werknemers zijn en dus aanspraak mogen maken op de rechten die voor werknemers gelden. Volgens FNV hebben de chauffeurs geen sociale voorzieningen, geen inkomenszekerheid en geen pensioen. Uber zegt dat de chauffeurs die via haar werken zelfstandigen zijn, maar dat heeft de rechter nu dus tegengesproken. Volgens de rechter zijn Uber-chauffeurs werknemers (en geen zelfstandigen) en is Uber werkgever. Door deze uitspraak zijn de Uber-chauffeurs vanaf nu dus automatisch bij Uber in dienst en moet het taxibedrijf de chauffeurs betalen en behandelen volgens de cao Taxivervoer. Daardoor krijgen ze meer loon en meer rechten bij bijvoorbeeld ontslag of ziekte. De rechtbank oordeelt dat Uber zich al jaren bewust niet aan de regels houdt door haar chauffeurs als schijnzelfstandigen in te zetten.
Door deze uitspraak is Uber verplicht de cao op de arbeidsovereenkomsten van haar chauffeurs toe te passen, in de periodes dat de cao algemeen verbindend is verklaard. Daarnaast moet Uber €50.000 schadevergoeding aan FNV betalen vanwege het niet nakomen van de cao Taxivervoer.
Wat is schijnzelfstandigheid
Schijnzelfstandigheid is de situatie waarin het lijkt alsof de arbeidskracht/werknemer zelfstandige is, maar in werkelijkheid een beroepsactiviteit uitoefent onder het gezag van een werkgever. Volgens de rechtbank is Uber in deze zaak dus eigenlijk werkgever, omdat de rechtsverhouding tussen Uber en de chauffeurs voldoet aan alle kenmerken van een arbeidsovereenkomst. Dat betekent dat de chauffeurs eigenlijk in loondienst zouden moeten zijn en dat Uber sociale premies zou moeten afdragen.
Als de chauffeurs echt zelfstandig zouden zijn, worden zij verondersteld vrij voor eigen rekening te werken. Er zou geen gezagsrelatie moeten zijn tussen de chauffeurs en Uber. Dit betekent dat ze vrij kunnen kiezen hoe ze hun werk organiseren, en dat ze ook zelf mogen beslissen met wie ze zakendoen. Bij schijnzelfstandigheid ontbreekt deze vrijheid. Bij Uber mochten de chauffeurs bijvoorbeeld niet hun eigen uurtarief bepalen, wie er wel of niet in de Uber-app komt, wie welke rit krijgt en hoe de ritten worden uitgevoerd. In dit geval hebben de chauffeurs maar één opdrachtgever, Uber, maar ze missen wél arbeidsrechtelijke bescherming.
Uber
Volgens Uber kiest 90% van de chauffeurs zelf voor het leven als zelfstandige, en zijn het ‘enkelingen’ die ontevreden zijn. Zij stelt slechts een technologiebedrijf te zijn die een app levert die bemiddelt tussen passagier en chauffeur. Uber is teleurgesteld in de uitspraak, omdat ze stelt dat veel chauffeurs graag zelfstandig willen blijven en geen afstand willen doen van bepaalde vrijheden. Uber gaat in beroep tegen deze uitspraak.
Toekomst
Deze specifieke uitspraak geldt alleen voor Uber-chauffeurs, dus niet voor andere (schijn) zelfstandigen, denk aan o.a. Helpling schoonmaakdiensten en Uber Eats. Maar begin dit jaar heeft het Hof geoordeeld dat ook de maaltijdbezorgers van Deliveroo niet kwalificeren als zelfstandigen maar als werknemers. Naar verwachting zullen meer soortgelijke uitspraken volgen. We houden u op de hoogte!