Ontslag na boekpublicatie over werkgever moet worden teruggedraaid
Een medewerkster van een onderwijsorganisatie schrijft een boek over haar ervaringen. Dat valt bij collega’s en het bestuur verkeerd en de medewerkster wordt uiteindelijk voor ontslag voorgedragen. Zelf vindt zij dat haar vrijheid van meningsuiting wordt aangetast.
Als een docent van een grote onderwijsinstelling tien jaar in dienst is, wil zij graag een boek schrijven over haar ervaringen en over een nieuw onderwijsconcept dat op haar werk is ingevoerd. De onderwijsdirecteur en de communicatiemanager reageren positief op dat voornemen. De onderwijsmanager wijst haar wel op de ‘grenzen’. Op de school geldt een gedragscode en de docent moet zich houden aan de privacywetgeving. Ook wordt van haar verwacht dat ze respectvol over studenten en collega’s schrijft en dat ze niets publiceert over vertrouwelijke informatie waarover zij beschikt.
Ontbinding
Een jaar later verschijnt haar boek, en dat leidt direct tot onrust in haar team. Enkele collega’s beklagen zich dat zij herleidbaar in het boek zijn neergezet. Ze voelen zich niet meer prettig in de samenwerking met de vrouw. Zij mag dan ook niet meer terugkeren in het team. Uiteindelijk wordt zij geschorst en voor ontslag voorgedragen. De kantonrechter wijst het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst toe. In hoger beroep wordt dat door het gerechtshof bekrachtigd en krijgt de auteur een billijke vergoeding van 40.000 euro.
Bedrijfsgevoelige informatie
Het hof ziet in dat de auteur enkele collega’s diep heeft gekwetst. De docent had zich moeten realiseren dat het uitbrengen van haar boek de samenwerking met diverse collega’s zou bemoeilijken. Zij was hiervoor door de onderwijsmanager ook gewaarschuwd. Ook heeft zij bedrijfsgevoelige informatie in haar boek openbaar gemaakt. De arbeidsverhouding is duurzaam en ernstig verstoord.
Vrijheid van meningsuiting
Bij de Hoge Raad stelt de docent dat publicatie van haar boek valt onder het recht op vrijheid van meningsuiting. Van een inmenging daarop is niet alleen sprake bij een publicatieverbod, maar ook indien aan een uiting sancties van strafrechtelijke, arbeidsrechtelijke, privaatrechtelijke of tuchtrechtelijke aard worden verbonden. Dat is vaste rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Het verzoek de arbeidsovereenkomst te ontbinden is een sanctie van arbeidsrechtelijke aard. Volgens het gerechthof was het ontbindingsverzoek een reactie op de gevolgen die de inhoud van het boek had voor de interne verhoudingen en werkrelaties bij de werkgever. Er bestaat dus een causaal verband tussen de publicatie van het boek en het ontbindingsverzoek. Daarmee levert het ontbindingsverzoek een inmenging in de vrijheid van meningsuiting op. De arbeidsovereenkomst had dus niet mogen worden ontbonden. De docent blijft in dienst.
ECLI:NL:HR:2022:1402
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:HR:2022:1402